Van de redactie
Het leven bevechten
Bij de teerheid van een pasgeboren kind verwacht je ontroering en stille verwondering. Na een nauwe doorgang dient zich nieuw leven aan, dat ademt met ritmisch tikkende hartenklop. Er is verlangend naar uitgezien en het wachten duurde lang.
In de Christus-nacht blijft het niet lang stil. Machtige engelenkoren jubelen en de Vader wordt geprezen en geloofd. God heeft zijn Zoon als mensenkind het licht doen zien, waar al sinds oude tijden naar was uitgekeken.
Een roze, fris ontloken, uit tere wortel kwam,
want d’ oudheid had gesproken: ‘Zij bloeit uit Jesse’s stam.’
Lyrisch en op verhoogde toon spreekt Jesaja: ‘Want er zal een Rijsje opkomen uit de afgehouwen tronk van Isaï en een Scheut van zijn wortels komt tot bloei.’ Zo’n klein twijgje, zo’n teer takje ... zo veelbelovend. Want de profeet schetst wie Hij worden zal: Hij zal regeren in de geest van God, handelen zoals God zelf met mensen handelt, Hij zal het hart aanzien en zich inzetten voor wat er werkelijk toe doet.
In ‘een nieuw lied op de God van Israël: Geloofd en gezegend zij onze Heer’ neemt dichter Willem Barnard de zegenende zang van Jesaja over:
Hij zal onze zonden vergeven,
hij legt een hand op ons hoofd,
hij is onze zon van morgen
een licht dat daagt van omhoog.
Want hij zal het leven bevechten,
hij gaat ons naar vrede voor,
hij zal onze schreden richten,
hij wijst ons het goede spoor.
• Marieke (A.M.) van der Giessen-van Velzen
hoofd/eindredacteur