IN ONTZAG EN BEWONDERING
Op onze blote knieën ...
‘Toen koning Salomo klaar was met zijn gebed, stond hij weer op. Want hij had op zijn knieën voor het altaar van de Heer gelegen, met zijn handen opgestoken naar de hemel.’ 1 Koningen 8:54
KNIELEN • Koning Salomo bidt intens tot God bij de inwijding van de tempel en hij doet dat geknield. In de Bijbel staan veel voorbeelden van ‘gewone’ mensen, priesters, apostelen en Jezus zelf, die knielend bidden. Heeft knielen alleen met bidden te maken of is er meer over te vertellen?
Een kleine zoektocht langs verschillende woordenboeken naar de betekenis van het werkwoord ‘knielen’ levert onder andere de volgende resultaten op: knielen is buigen, bukken, de knieën tot op de grond buigen, zich onderwerpen. Knielen is een lichaamshouding aannemen, waarbij men op één of twee knieën zit, terwijl de rug recht blijft. Deze houding geeft blijk van eerbied, dankbaarheid en onderdanigheid. Toch lijkt die rechte rug een tegenstelling aan te geven. ‘On bended knee is no way to be free’, was het levensmotto van Peter R. de Vries, de misdaadverslaggever die het opnam voor slachtoffers en nabestaanden. Hij ging niet door de knieën voor criminelen, bedreigingen of onrecht. Gebogen knieën – knielen – past niet bij vrije mensen, zij moeten hun rug recht houden. In de Tien Woorden geeft God de mensen die boodschap ook:
‘Maak geen godenbeelden en kniel voor zulke beelden niet neer, vereer ze niet.’ Met andere woorden: ga niet door de knieën voor zaken of om redenen, waarvan je weet dat ze niet goed zijn. Houd je rug recht.
Knielen is echter meer dan de rechte rug: de gebogen knieën zijn sinds de oudheid een teken van eerbied voor en onderwerping aan een autoriteit, zoals een koning of een god. Het is niet helemaal bekend wanneer deze traditie begon, maar wel weten historici dat in de vierde eeuw v.Chr. Alexander de Grote eiste dat zijn hof voor hem op de knieën ging. Of de Romeinen dit van hem hebben overgenomen, is ook niet duidelijk, maar zij moesten ook voor hun keizer knielen.
In de tijd van de eerste christenen schrijft de apostel Paulus aan de Filippenzen (hoofdstuk 2:10):
‘Want God wil dat iedereen in de hemel, op de aarde en onder de aarde de knieën zal buigen voor Jezus.’ Daarmee geeft hij aan dat de geknielde houding van belang is. Uit onderzoek blijkt echter dat de eerste christenen verschillende gebedshoudingen kenden.
Zij stonden rechtop, knielden of wierpen zich voorover. Er waren geen vaste regels, behalve dat men op zondag en tussen Pasen en Pinksteren niet mocht knielen. Het knielen was een teken van de val van de mens, terwijl op zondag en in de paastijd de opstanding werd gevierd, waarbij staan meer op zijn plaats was.
In de middeleeuwen hield de christelijke gemeente vast aan het knielen uit eerbied voor het avondmaal. Luther schreef:
‘De aanbidding treedt vanzelf op bij het nemen van brood en wijn, terwijl met gebogen knieën het ware lichaam en ware bloed genomen wordt.’ Calvijns mening stond daar recht tegenover. Van aanbidding moest hij niets weten, het avondmaal was een maaltijd, waarbij het gaat om het breken van het brood en het gezamenlijk aanzitten aan tafel. Dan wordt knielen lastig. Door meerdere protestantse reformatoren wordt in de zestiende eeuw het knielen afgewezen als een onnodig ritueel tijdens het avondmaal.
Maar rooms-katholieken, anglicanen en lutheranen knielen nog steeds bij de viering van de eucharistie. En zij zijn niet de enigen die door de knieën gaan in onze tijd. Er zijn zelfs regels voor bedacht: voor God of een kerkelijke autoriteit kniel je op beide knieën of op de rechterknie, terwijl je voor een mens op de linkerknie valt. De betekenis erachter blijft hetzelfde: op je knieën gaan is een manier om je te onderwerpen aan iets wat boven je staat, aan iets wat je als meerdere erkent.
Zou de aanstaande bruid of bruidegom daar ook echt aan denken wanneer hij of zij op de knieën gaat om de geliefde ten huwelijk te vragen? En denkt de op zijn knieën slidende voetballer die net een doelpunt heeft gemaakt nederig aan zijn meerdere? Feit is dat we niet knielen zonder reden. Het laat zien dat we ontzag en bewondering hebben voor iets of Iemand. Dat kunnen we niet vaak genoeg laten zien, wellicht op onze blote knieën.
• Hanneke Lam
KiZ-REDACTEUR